NOTITIE
Dossier: Mobiliseer
We delen ook een deel van de notities die we maken tijdens onze onderzoeksprojecten, zoals notities op basis van interviews, bestudeerde documenten of geraadpleegde literatuur. Op die manier volg jij nog beter wat we doen en kun je bovendien actief meedenken over de richting van ons onderzoek.
Mobiliseren, organizing en collectieve actie: wat is wat?
❚ In het kort:
‘Mobiliseren’ is te zien als het verzamelen van mensen om tijdelijk mee te doen aan een actie, zoals een demonstratie, petitie of campagne. ‘Organizing’ daarentegen is een proces waarbij mensen zich langdurig en structureel verenigen rond een gedeeld doel. Dit verschil tussen mobiliseren en organizing is praktisch relevant, maar in de wetenschappelijke literatuur niet strikt gescheiden. Daar wordt veelal gesproken over collectieve actie.
❚ Datum van notitie:
10 september 2025
❚ Dossier:
Mobiliseer: hoe mobiliseer je mensen achter het gedeelde belang van een rechtvaardige en effectieve aanpak van de klimaatcrisis?
❚ Auteur:
Maike van de Pavoordt, Tim de Jong
❚ Bronnen:
Een wetenschappelijke studie uit Advances in Political Psychology en een interview met de oprichters van het Lowlander Project.
❚ Notitie:
In het thema ‘mobiliseer’ onderzoeken we hoe je mensen mobiliseert achter een gedeelde belang, zoals een rechtvaardige en effectieve aanpak van de klimaatcrisis. Maar is dit eigenlijk wel mobiliseren? Of is het organizing, verenigen, of iets anders? Al vroeg in ons onderzoek vlogen de definities ons om de oren. Daarom hier een overzicht.
Mobiliseren versus “organizing”
Het Lowlander Project richt zich op het opbouwen van bewegingen voor verandering. Zij definiëren mobiliseren als het oproepen van mensen om — meestal tijdelijk of eenmalig, rond een specifiek moment of urgentie — mee te doen aan een actie, zoals een demonstratie, petitie of campagne. Hoewel organizing ook gericht is op het realiseren van een gedeeld belang, onderscheidt het zich van mobiliseren doordat het streeft naar het opbouwen van een blijvende structuur. Het is een langduriger proces waarbij mensen samen macht opbouwen, relaties versterken en leiderschap delen om duurzame verandering te realiseren.
Een goed voorbeeld van organizing is te zien in het initiatief WijReizenSamen, dat MOMUS eerder besprak in gesprek met initiatiefnemer Charlotte Braat. In deze campagne slaan klimaatactivisten de handen ineen met buschauffeurs, met als doel om gezamenlijk de arbeidsvoorwaarden van buschauffeurs te verbeteren. MOMUS sprak eerder met met Braat over hoe deze samenwerking tussen buschauffeurs en klimaatactivisten tot stand is gekomen.
In het begin hadden veel buschauffeurs vooroordelen over de klimaatactivisten (‘Zijn jullie van die klimaatplakkers’). Maar door open te staan en te luisteren naar elkaars ervaringen verdween deze skepsis. Voor deze samenwerking was het essentieel om wederzijds vertrouwen en relaties op te bouwen, iets wat tijd en energie vraagt. Waar de Duitse versie van Wir fahren zusammen al in meer dan vijftig steden relaties heeft opgebouwd en stakingen organiseerde, zet de Nederlandse tak nu ook deze stappen: campagnes opzetten en vrijwilligers werven om duurzame structuren te bouwen. Het gaat hierbij niet om een eenmalige actie, maar om een beweging die verder reikt – en daarmee ook vraagt om een zekere koers.
Bij demonstraties komen zowel elementen van mobiliseren als organizing terug. Organizing zie je in de groepen die de demonstratie aanmelden bij de gemeente, online aandacht genereren, bedenken waar ze zich deze keer op willen richten, samen naar de mars gaan en daarna weer doorpakken met andere acties om hun doel te bereiken. Tegelijkertijd kunnen ook mensen voor het eerst meedoen aan deze demonstratie, gewoon omdat ze zich zorgen maken. Dat is mobilisatie: mensen in beweging brengen om één keer in actie te komen, zonder dat er direct een blijvende structuur ontstaat.
Zo komt het ook voor dat er duurzame organisaties ontstaan die af en toe mobiliseren om een grote demonstratie op te zetten. Bij organizing wordt er nagedacht over welke structuur er wordt opgebouwd vóór een mobilisatie, en over wat er achter blijft ná de actie. Er wordt gekeken hoe mensen betrokken kunnen blijven en leiderschap nemen, in plaats van dat mensen na één enkele demonstratie afhaken. Kortom, mobiliseren brengt mensen in beweging, maar organizing zorgt ervoor dat die beweging blijft bestaan.
Collectieve actie (MOBILISE)
In het academisch debat gaat het minder over het verschil tussen mobiliseren en organizing, en wordt er meer nadruk gelegd op de gezamenlijke inspanning: collectieve actie.
In de sociale en politieke psychologie wordt mobiliseren gezien als het proces waardoor individuen zich organiseren en deelnemen aan collectieve actie – acties die zijn gericht op het behouden of veranderen van een sociaal systeem of status quo. Een groepslid neemt deel aan een dergelijke actie telkens wanneer deze optreedt als vertegenwoordiger van de groep en wanneer die actie gericht is op het verbeteren van de omstandigheden van de groep als geheel.
Deze definitie laat een breed scala aan handelingen open die gebruikt kunnen worden, van vrijwilligerswerk en online interacties tot vreedzaam protest of daden van politiek geweld. Verder specificeert deze omschrijving niet dat de groepsleden zelf de benadeling moeten ervaren. Collectieve actie kan worden ondernomen door mensen die niet in een achterstandspositie verkeren, waarbij mensen zich dus kunnen inzetten op basis van het bereiken van een gewenste sociale verandering voor anderen.
In een recente analyse wordt collectieve actie benaderd via het MOBILISE-model, wat staat voor Model Of Belonging, Individual differences, Life experience and Interaction Sparking Engagement. Dit is een raamwerk dat bestaande theorieën over collectieve actie samenbrengt en uitbreidt. De traditionele theorie is dat mensen eerder geneigd zijn zich in te zetten voor een collectieve zaak wanneer ze:
- Onrecht waarnemen ten aanzien van een groep waarmee ze zich identificeren (onrechtvaardigheidsperceptie);
- Zich verbonden voelen met die groep (sociale identiteit);
- Het gevoel hebben dat actie daadwerkelijk iets kan veranderen (groepseffectiviteit).
Het MOBILISE-model erkent deze drie factoren als centrale bouwstenen voor het ontstaan van groepsbewustzijn. Echter, de auteurs tonen aan dat ook individuele verschillen (zoals morele overtuigingen, ideologieën of persoonlijkheid) en levenservaringen (zoals discriminatie, solidariteit of geweldservaringen) cruciaal zijn voor het begrijpen van wie mobiliseert en waarom. Zo is het niet nodig dat iemand zelf onrecht beleeft: actie is een echte collectieve actie zolang er sprake is van een gedeeld groepslidmaatschap, gebaseerd op een na te streven waarde die de basis biedt voor samenwerking.
Het MOBILISE-model benadrukt dat mobilisatie een interactief en dynamisch proces is. Collectieve actie ontstaat niet alleen vanuit individuele overtuigingen, maar juist ook via sociale interactie — bijvoorbeeld door offline en online communicatie waarin mensen ervaringen delen en gezamenlijke betekenissen vormen. Zo ontstaat gedeeld groepsbewustzijn, waarin onrecht, identiteit en effectiviteit samenkomen. Mobiliseren is daarmee geen lineair proces, maar een wisselwerking tussen persoonlijke kenmerken, groepsvorming en maatschappelijke context.
Het verschil tussen mobiliseren en organizing kan dus praktisch relevant zijn, maar in de wetenschappelijke literatuur gaat het hier minder over. Zelfs als we vasthouden aan de verschillen tussen mobiliseren en organizing, blijkt dat vaak lastiger dan gedacht: de twee zijn juist complementair. Uit onderzoek van politicoloog Hahrie Han blijkt dat initiatieven het meest effectief zijn wanneer ze mobiliseren en organizing goed combineren. Mensen in beweging brengen én hen vervolgens actief betrekken bij een organisatie waar ze leiderschap kunnen ontwikkelen: zo bouw je een beweging die duurzaam blijft groeien.
Deel deze notitie met anderen