Onszelf en de journalistiek die we bedrijven opnieuw uitvinden — samen met ons publiek. Via het Momus Memos dossier houden we je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.
Jouw bijdrage helpt onze journalistiek toegankelijk te houden voor iedereen, zonder betaalmuren. Ook kun je als lid via lezerskringen meedenken over lopende en toekomstige onderzoeksprojecten (lees hier meer over).
Word lid
Of doneer eenmalig:
€ 5 € 15 € 45 € Kies zelf een bedrag‘Hoe bevalt het je om geen baas te hebben?’ De Kroatische journalist Filip Pavić zit vier stoelen van mij verwijderd op een podium in een bioscoopzaal in Zagreb. Tussen ons zitten journalisten uit Italië, Frankrijk en Duitsland. Wij worden vandaag als panel van ‘constructieve journalisten’ ondervraagd door gespreksleider Filip Pavić. Lachend beantwoord ik zijn vraag: ‘dat bevalt mij goed.’ Momus’ werkwijze, zonder baas en met consent, geeft ruimte voor vernieuwing. Hoe belangrijk dit is voor de media en democratie, bevestigen de verhalen van internationale collega’s. Maar verandering komt niet zonder uitdagingen.
Vandaag dient de ‘Kaptol Boutique’ bioscoop – waar vintage, futurisme en glamour stijlvol samenvloeien – als toneel voor een conferentie over constructieve journalistiek. De media heeft vandaag een dubbel, of eigenlijk trippel, rol. Verslaggevers met camera’s en microfoons vullen de centrale entreehal om hun collega’s vast te leggen zodra die van de bühne of uit het publiek komen. Er zijn grote namen uit het Kroatische medialandschap en de constructieve journalistiek, de nationale minister van Cultuur en Media en diverse journalisten uit het buitenland. De toehoorders in de zaal bestaan voornamelijk uit jonge Kroatische journalisten en studenten.
Een doel van de conferentie is om hen te inspireren om constructieve journalistiek toe te passen. Namens Momus neem ik in de namiddag deel aan een panel van Europese journalisten die hiermee werken. In het ochtendprogramma – met de grote namen – leren de aanwezigen dat dit een vorm van journalistiek is die bruggen bouwt, dialoog aangaat en oplossingen onderzoekt. Constructief te werk gaat dus.
Dat is heel anders dan het mainstream ‘clickbait’ nieuws dat drijft op angst en sensatie, stelt openingsact Ulrik Haagerup. Hij is de oprichter van het Deense Instituut voor Constructieve Journalistiek, koploper in dit vakgebied en een graag geziene spreker. Als je naar hem luistert, snap je snel waarom. Alhoewel hij pleit voor minder drama gedreven journalistiek, schemert zijn lange loopbaan als gerenommeerd journalist in de grote media door in zijn speeches. Hij weet de aandacht te vangen met gedurfde uitspraken, ondersteund met uitdagende foto’s.
Terwijl een foto van een man met een uitgezakte blubberbuik het bioscoopscherm vult, roept hij de oude garde van mannen zoals hijzelf op om in de spiegel te kijken. De jonge journalisten in de zaal zitten met de erfenis van het gevestigde medialandschap. En die erfenis is niet mals. Haagerup vraagt wie weleens een verhaal heeft bewerkt of zaken bewust heeft weggelaten om de voorpagina te halen. Er klinken geluiden van herkenning en Haagerup zelf bekent schuld. Journalisten worden afgerekend op ‘KPI’s’ (Key Performance Indicator) en ‘clicks’, vervolgt hij. Dat leidt tot drama en misleiding. En dat leidt weer tot het mijden van nieuws.
Kroatië hoort bij de landen met het hoogste aantal nieuwsmijders van Europa. Maar ook in Nederland daalt de interesse in nieuws snel; van 64 procent in 2021 tot 49% in 2024. Haagerup deelt de hoofdoorzaken volgens Reuters’ onderzoek:
Het antwoord op dit probleem is volgens Haagerup constructieve journalistiek. Kan de journalist de rol van bruggenbouwer aannemen? Dialoog bevorderen tussen mensen? De macht controleren door hen niet aan de schandpaal te nagelen voor een probleem, maar juist te vragen: hoe ga je het oplossen? Door succesverhalen te delen om van te leren? Kunnen we, in plaats van angst zaaien, handelingsperspectief bieden?
Mensen klikken misschien vaker op dramatische berichten, ze haken ook sneller weer af. Terwijl ze bij constructieve berichtgeving wél blijven hangen. Mensen zitten niet te wachten op méér nieuws, ze willen beter nieuws, concludeert Haagerup.
Een zorg die veel van de aanwezige journalisten delen is: ‘Hoe overtuig ik mijn (eind)redacteur daarvan?’ De uitgangspunten van constructieve journalistiek zijn niet gangbaar in de mediacultuur. Veel mediaorganisaties worden als een bedrijf gerund en afgerekend op kwantitatief tastbare resultaten. De journalisten willen de verandering wel omarmen, maar ze twijfelen of dat gedragen wordt in hun team.
Dat draagvlak hebben we bij Momus wel. We delen de aspiratie voor oplossingsgerichte journalistiek en we hebben geen baas of redacteur die ons hierin tegenhoudt. Juist dat maakt ons zo’n interessante toevoeging aan deze conferentie, krijg ik in Kroatië te horen.
Maar ook wij lopen aan tegen weerstand of onbekendheid bij externe redacties waar we onze artikelen pitchen en bij fondsen die we aanvragen. Mede daarom zijn wij als Momus meer zelf aan het publiceren. We schrijven al onderzoeksnotities en updates als deze, om lezers mee te nemen in onze (onderzoeks)processen en zo betrokkenheid, vertrouwen en dialoog te bevorderen. We maken podcasts in eigen beheer. En de wens om eigen longreads te publiceren roept ook om vervulling.
De panelleider stelt mij de hamvraag; klinkt leuk ‘maar hoe overleeft dit in de huidige markt?’ Een van de dingen die wij proberen, naast fondsen en externe media partners, is een verbinding aangaan met betalende leden, antwoord ik. ‘Of het ons lukt, weet ik niet,’ beken ik eerlijk, ‘maar we gaan het in ieder geval proberen.’ ‘Blijf bij ons,’ vraag ik het publiek.
Ulrik Haagerup antwoord eerder die dag op de twijfelachtige vraag uit de zaal ‘hoe kun je als constructieve journalist overleven in het medialandschap?’ was: jullie gaan ervan uit dat mensen niet bereid zijn om te betalen voor nieuws dat voor hen van betekenis is. Dat is een misvatting. Goede journalistiek is essentieel voor functionerende democratie, herinnerde Haagerup ons, en beiden zijn niet meer vanzelfsprekend. Dit gaat ons allemaal aan.
Vanuit het vliegtuig uit Zagreb stap ik direct op de trein naar Utrecht. Ik ben nog vol van de conferentie en moe van de reis, maar ik wil dit niet missen. Momus organiseert vanavond een meet-up met lezers en geïnteresseerden. Samen gaan we in gesprek over de toekomst van journalistiek en Momus.
De rol van journalisten als bruggenbouwer, het herstellen van de dialoog en het vertrouwen met de samenleving, nieuws maken dat mensen aangaat en handelingsperspectief biedt; daarmee zijn wij hier aan het experimenteren. Dat doen wij niet vanachter een beeldscherm met KPI’s in een kantoortuin, maar samen met jou.
De ongeveer vijftig aanwezigen verdeelden zich over de ruimte. Samen gingen we in gesprek: welke prangende vragen drijven ons denken over de toekomst? Hoe kunnen wij dit meenemen in het dossier ‘2100’? Welke woonvraagstukken zijn belangrijk voor de aanwezigen? Welke inzichten hebben zij te delen en welke oplossingen willen zij onderzocht zien? Maar ook: hoe kunnen we wat er in Palestina gebeurt een plek geven?
De groepjes vormen een kick-of van de lezerskringen die Momus opzet. Waarin betrokken leden meedenken over de richting van onze onderzoeksdossiers.
Als ik rondkijk, luister naar de gesprekken en praat met de aanwezigen word ik overvallen door een gevoel van trots en hoop. Dat we het proberen, dat jij interesse toont en misschien wel mee wilt doen. Wie weet maken wij samen van Momus wel zo’n verhaal dat antwoord geeft op de vraag: Hoe dan?
Ik hoop het.
Wil jij Momus mogelijk maken met jouw steun? Lid worden kan voor zoveel jij wilt, met zoveel betrokkenheid als jij wilt.
Meer lezen en luisteren? Eerder maakten we een podcast over nieuwsmijden en wat wij eraan gaan doen. En via Momus Memos houden we je op de hoogte van onze ontwikkeling richting een coöperatieve ledenorganisatie.